Fiets-en wandelpad Basìlica

fotogallerij

 

Beschrijving van het pad
Lengte van het pad: 18,7 km
Begin/Eindpunt: Valalta / Rovinjsko Selo
Moeilijkheidsgraad: eenvoudig
Hoogste punt: Rovinjsko Selo (151 m)
Laagste punt: Mondelàco (8 m)
Fietstijd: 1,5 h (één richting)               
Looptijd: 2-3 h (één richting)
Type pad: gemengd

 

  • asfalt: 7,6 km
  • kiezelpad: 10,4 km
  • onverhard: 700 m

 

Punten op de kaart

1. Vallei Basìlica(toponiem)

Op weg naar het zuiden, vanaf het eerste deel van het pad kom je langs de brede vallei Basilica. Volgens oude verhalen kreeg de vallei haar naam dankzij de voormalige eigenaar van dat gedeelte van de grote vallei. De eigenaar, het kerkje van de heilige Anton van Padua, heeft het landgoed via een donatie van de familie van Domenico Lorenzetto in eigendom gekregen. De zieke vrouw van Lorenzetto werd gezond na een bezoek aan de Basiliek van de heilige Anthonius van Padua en als dank besloten ze ook in Rovinj een „basiliek“ te laten bouwen, het kerkje van St. Anthonius van Padua (op het gelijknamige plein, tegenwoordig gelegen voor  restaurant „Calisona“; het kerkje is 1933 gesloopt). Dat was ook de reden waarom deze landboouwgrond in deze noordelijke streek met landgoederen van Rovinj „het bezit van de basiliek“ werd genoemd.

  • De Basiliek-vallei is een van de grotere en belangrijkere landbouwgebieden in de omgeving van Rovinj, met haar wijngaarden, olijfboomgaarden en fruitboomgaarden (vooral vijgen, kersen, peren, kweeperen, kruisbessen, perziken, amandels, hazelnoten, walnoten en andere soorten) typisch voor deze landstreek.
  • Op sommige heuvels in de buurt tussen het  hoge mediterane struikgewas kun je nog steeds de resten van historische vestingen vinden met interessante historische en archeologische monumenten.

2. Kerk van St. Bartholomeus de apostel (Crkva Sv. Bartola apostola) (Locatie: San Bùrtolo /toponiem/)

De kerk bevindt zich aan de noordelijke kant van het landgoederengebied in de omgeving van  Rovinj, op de rand van een vruchtbare vallei, aan de voet van het gelijknamig heuveltje. Het is een van de grotere eenscheepse Romaanse kerken in de velden van Rovinj. Zij was al in het midden van de 19e eeuw begonen te vervallen, maar binnen de kerk staat een interessante houten altaarafscheiding, die de kerk verdeelt in een ruimte voor de vrouwen en een ruimte voor de mannen. Op de afbeelding op het altaar staat St Bartholomeus weergegeven als de heilige van het altaar en van de kerk, alsmede St. Joris en St Eufemia die de schutspatronen zijn van Rovinj.

  • Het kerkje was een van de haltes op de tweede dag van de Hemelvaartsprocessie, als alle kerkjes in de velden om Rovinj bezocht werden. Naast het bidden voor een goede oogst waren de processies ook gelegenheden voor ontmoetingen.
  • ST BARTHOLOMEUS (wordt gevierd op 24 augustus; patronimiek /=”Zoon van Tolomeus”/; zijn persoonlijk naam is Natanaele) was een van de 12 apostelen. Jezus achtte hem “een echte Israeliër, wars van iedere sluwheid”, dus een eerlijk en geloofwaardig man. Nadat hij meerdere personen had bekeerd werd hij levend gevild en onthoofd door de barbaren. Precies daarom werd hij de beschermer van huidbewerkers. Hij wordt weergegeven met een mantel die naar zijn eigen huid verwijst en met een mes.  

3. Stancia ”Montèro“

Locatie: Montèro (toponiem)

Dit landgoed ligt in het vlakke gedeelte tussen de heuvel Monciubàn (in het zuiden) en Montèro (in het noorden).

  • ‘Stancije’ (boerderijen) zijn als een categorie in de historische bouwkunde in het bijzonder aanwezig in zuidelijk en westelijk Istrie. Net als alle andere stancia’s, is  “Montero” (19e eeuw) zowel een woon- als een werkcomplex. Met haar wooneenheden geconcentreerd rond een binnenplaats, die zoals de meeste gebouwen ook een economiche functie heeft, bevat het alle typerende elementen van een rurale architectuur.
  • De locatie en de stancia zelf is genoemd naar de gelijknamige heuvel  (125 m boven de zeespiegel, als een van de hoogste toppen van de landgoederen om Rovinj), die ten noorden van het landgoed ligt. Op de heuvel zijn de resten van de vestigingsmuur van een grote prehistorische vesting te zien.
  • Op sommige heuvels in de buurt, tussen het  hoge mediterane struikgewas kun je nog steeds de resten van historische vestingen vinden met interessante historische en archeologische monumenten.

4. Kerk van St. Christofoor (crkva Sv. Kristofora) (Locatie: San Cristùfo /toponiem/)

De kerk is gebouwd in de 11e eeuw en is een van de belangrijkste eenscheepse Romaanse kerkjes in Istrië. Dit komt niet alleen dankzij haar positie op de rand van de vruchtbare vallei Basilìce, gelegen op een iets hoger terrein (de vloer van de kerk is levende rots), met uitzicht op de kerk en de kerktoren van St Eufemia in het zuiden, maar ook vanwege de bijzondere zijgevels, verrijkt met een motief van lezena’s die uitlopen op een blinde boog (6). Een kleine uitstekende apsyde is bedekt met leiplaten. Op het altaarbeeld naast de heilige Franciscus van Assisi en Ilija (Elia) de Profeet is ook de heilige Christofoor weergegeven. Tot het jaar 1869 stond er op het portaal nog een architraaf met twee leeuwen en vier dierkoppen in een rusticaal bas-reliëf. Het kerkje is lang geleden buiten gebruik gesteld en werd voor het laatst gerestaureerd in het jaar 2000.

  • Het kerkje was een van de haltes op de tweede dag van de processie vóór  Hemelvaartsdag, als alle kerkjes in de velden om Rovinj bezocht werden om er te bidden voor een goede oogst.
  • ST. CHRISTOFOOR (wordt gevierd op 25 juli) werd vervolgd door keizer Decianus (midden derde eeuw) en werd met pijlen doorstoken en onthoofd. Een van de legendes zegt dat aan Christofoor wegens zijn kracht (zijn naam betekent: “drager van Christus”; voor zijn bekering heette hij Reprobus), de taak was gegeven om pelgrims over de rivier te dragen,. Daaronder was ook een kindje. Het kind was zo zwaar dat de rug van Christofoor krom werd, omdat dat kind Jezus was. Om te bewijzen dat hij inderdaad Jezus was, zei het kind tegen Christofoor om zijn palmstok in de grond te steken, en dat die de volgende dag in bloei zou staan, wat inderdaad ook gebeurde. Zo is de heilige Christofoor de beschermer van de reizigers, pelgrims en zeevaarders geworden. Zijn symbolen zijn: het kindje Jezus op zijn schouders en de stok.      

5. De eerste ‘tumbìn’ - steengroeve Mondelàco(Locatie: Mondelàco /toponiem/)

“„De eerste tumbìn“ (toponiem) is het viaduct van de oude spoorweg Kanfanar-Rovinj (zijspoorweg Triëste-Pula), afgebouwd in het jaar 1876 (vanaf 1966 niet meer in functie). Vandaag is het een voorbeeld van industriële spoorwegarcheologie. Er zijn namelijk op het deel van de spoorweg dat bij Rovinj hoort, langs een paar langere gedeeltes van de spoorbaan, (zoals het hier genoemde, die over de “eerste tumbìn” gaat), nog relatief goed bewaard gebleven kiezellagen, bielzen en spoorrails, als bewijs van het hoogwaardige werk van de Oostenrijkse spoorbouw-ingenieurs.

  • De weg naar links loopt naar de al lang verlaten steengroeve Mondelàco, op de helling van de gelijknamige berg. Deze steengroeve was in de Romeinse en vooral in de Venetiaanse tijd slechts een van de  talloze steengroeves langs de kust van Rovinj. In die periode golden de steengroeves en de steenverwerking als de belangrijkste sectoren in de economie van Rovinj. Er werden verschillende steensoorten gewonnen, in het bijzonder de zgn. Istrische “biancone“ (titon kalksteen uit de late Jura), waarmee de gebouwen, promenades, kerken, bruggen en andere bouwsels in Venetie en de steden van Venato, Romagne en Marche gebouwd werden. Je ziet ze zó nog voor je, de steenhouwers van Rovinj die “vakkundig de steen breken alsof het om het hout gaat.”
  • Het toponiem Mondelàco betekent dat het ooit in de buurt een “plas” (ital. dial.
    làco”) lag. In het gebied van Rovinj waren vroeger verschillende plassen die dit  landschap een eigen tintje gaven.

6. Kerk van St. Thomas de apostel (Crkva Sv. Tome Apostola) (Locatie: Santumàn /toponiem/)

De kerk ligt aan de voet van de gelijknamige heuvel en is een van de meest belangrijke Istrische voorromaanse veldkerkjes (8-9 eeuw). In haar oorspronkelijke conceptie was zij in de vorm van een kruis gebouwd, met drie uitstekende apsiden bedekt met leiplaten. Boven de ruimte in het midden werd een vierkante constructie opgetrokken. Apart is ook de kerktoren, die in de Middeleeuwen naast de noordelijke muur werd bijgebouwd.
Tijdens de zestiende eeuw werd de kerk verkleind en kreeg het de vorm van een eenscheeps kerk, ingekort aan de westkant. Door latere uitgravingen werd ook de oorspronkelijke betegeling ontdekt aan de noordelijke zijkanten van de kruisvorm, met daarbij meerdere stukken van het stenen venster en de altaarafscheiding (balk en kapiteeel). Op de altaarafbeelding zijn Christus en de heilige Thomas weergegeven. 

  • Het kerkje was een van de haltes op de tweede dag vóór de Hemelvaartsprocessie, als alle kerkjes in de velden om Rovinj bezocht werden. Naast het bidden voor een goede oogst waren de processies ook gelegenheden voor ontmoetingen.
  • ST. THOMAS (3 juli) is een van de bekendste apostelen. Hij werd gemarteld en begraven in Malipur, in 72 n. Chr. De bekendste legende vertelt dat “ongelovige” Thomas twijfelde aan de Opstanding van Jezus en vroeg om met zijn vinger de wonden van Jesus aan te raken om te kunnen geloven. Hij is beschermer van landmeters, architecten, metselaars en andere ambachtelijke meesters. Bij hem horen een hoekmeter, een lans en een gordel.

De resten van de verlaten spoorweg Kanfanar-Rovinj (in de functie van 1876 t/m 1966), en de zijspoorweg Trieste-Pula, zijn vandaag een voorbeeld van industriële spoorwegarcheologie. Er zijn namelijk ook op dit spoorweggedeelte, langs de langere delen, waar deze langs de kerk van St. Thomas loopt, nog relatief goed bewaard gebleven kiezellagen, bielzen en spoorrails te zien, als bewijs van het hoogwaardige werk van de Oostenrijkse spoorwegingenieurs.

7. Tweede tumbìn (Locatie: Àrbi da S. Ufièmia /toponiem/)

“De tweede tumbìn“ (toponiem), is een viaduct van de oude spoorweg Kanfanar-Rovinj (zijroute van Trieste-Pula), afgebouwd in het jaar 1876. De spoorweg is sinds 1966 niet meer in bedrijf. Vandaag de dag vormt de spoorweg een voorbeeld van industriële spoorwegarcheologie.

  • Er zijn ook op dit spoorweggedeelte, langs de langere delen, zoals dit traject, dat over de tweede ‘tumbìn’ (viaduct) loopt, nog relatief goed bewaard gebleven kiezellagen, bielzen en spoorrails te zien, als bewijs van het hoogwaardige werk van de Oostenrijkse spoorwegingenieurs.
  • De spoorbaan, op enkele punten 1á 3 meter hoger dan het plaatselijke terrein, biedt een panorama over de baaien en heuvels in de omgeving, met de typische kleurrijke mediterane flora, als de zomereik, turkse eik, steeneik, pluimes, iep, haagbeuk, gele kornoelje boom, fijnspar, kastanjeboom, aardbeiboom en allerlei soorten struiken. In de lente groeien er wilde asperges en in de herfst paddenstoelen.
  • De sloten die gevolgd kunnen worden langs de weg van “de Tweede tumbìn” lopen in beide richtingen en dienen net als vroeger voor de afvoer van neerslag; zo werden vroeger overstromingen op de velden en wegbeschadigingen vermeden en tegelijk werd op deze manier de watertoevoer naar de plassen en putten gewaarborgd. 

8. Kerk St. Protus de martelaar (crkva Sv. Prota) (Locatie: Sanprùti /toponiem/)

Deze kerk hoort bij de kleinere eenscheeps veldkerken uit de vroege Gothiek. Op de afbeelding op het altaar zijn er naast de schutspatroon verschillende heiligen te zien (waaronder ook de beschermheiligen van Rovinj St. Joris (Juraj) en St. Eufemia). De kerk is eind 18-de eeuw verlaten en in volgende decenia helemaal ten gronde gegaan. 

  • Het kerkje was een van de haltes op de tweede dag vóór de Hemelvaartsprocessie, als alle kerkjes in de velden om Rovinj bezocht werden. Naast het bidden voor een goede oogst waren de processies ook gelegenheden voor ontmoetingen.  
  • St. PROTUS (wordt op 11 september gevierd; de naam betekent “De eerste”): was een martelaar uit 3de eeuw en wordt vaak samen met zijn broer St. Hycinthus aanbeden. Volgens de legende waren ze beiden euneuchen en slaven van de Romeinse edelvrouw Eugenia, wiens verloofde hun liet martelen, omdat ze Eugenia hadden bekeerd. Het symbool van Protus is de palmboom en wordt weergegeven met een baard, en Hyacinthus met een geschoren baard.
  • Verder richting het noordoosten, lopend over een wit pad, kom je achter de heuvels boven de zuidelijke oever van het Kanaal van Lim (Limski Kanal) en verderop ligt Rovinjsko Selo.

9. Hippisch centrum “Haber”

Hippisch centrum „Haber“ houdt zich al meer dan 30 jaar bezig met het fokken van Trakehner paarden (Spaanse paarden en pony's) en heeft tien jaar ervaring met een paardrijschool. De school is officieel geregistreerd (FN) en wordt geleid door een gediplomeerde instructeur (FEI-trainer).
Behalve de paardrijschool, bestaat er op de boerderij ook de mogelijkheid om paarden van alle categorieën van de paardensport te trainen, wilde paarden te temmen en het gedrag te corrigeren van getraumatiseerde paarden. De school werkt in het kader van de paardenclub „Heilige Eufemia“, wiens ruiters met succes deelnemen aan verschillende concoursen in dressuur en springwedstrijden tot aan de allerzwaarste categorieën. De trainingen van de club worden gehouden in een manege met een speciale ondergrond. Voor het paardrijden in de natuur zijn er verschillende paden, met verschillende lengtes, voor ruiters in alle categorieën en leeftijden. Naast het fokken van paarden en de paardrijschool worden op de farm autochtone Kroatische dieren gefokt, teneinde in de toekomst een genopark op te richten. Op de farm worden Istrische runderen en ezels gefokt en verder Posavina-paarden en autochtone hondenrasen (Tornjak en Kroatische herder).   

11. Uitzichtplaats boven het Limski Kanal (Locatie: Finìda /toponiem/)

Deze natuurlijke uitzichtplaats op 80m boven de zee torent uit boven een deel van de zuidelijke oever van het Kanaal van Lim genaamd Pònta dei Frati (top. = Rt Fratara).  De schoonheid van het landschap om de uitzichtplaats heen wordt op deze plek verrijkt met de bijzondere pracht van het Kanaal van Lim, die de status van Speciaal Zeereservaat draagt.
Het gaat om een zeebaai  die 12 km lang is, ongeveer 600 m breed aan het begin en 33 m diep. Het Kanaal van Lim is een volgestroomde karsvallei (tijdens het smelten van gletsjers). Door de voormalige vallei stroomde destijds de rivier Paleo-Pazinčica, die uit de kalkrotsen, die in het Jura-tijdperk zijn ontstaan, om daarna in een ondergrondse rivier verder te stromen en uit te komen in de Grot van Pazin). Het achterste deel is droog gebleven (vandaag de dag deels in Limska Draga en deels in het Kanaal van Lim terug te vinden). De naam van deze baai wordt toegeschreven aan het feit dat deze zeeëngte in de Romeinse tijden de  limes, ofwel de grens was tussen de agrarische gebieden van Pula en Poreč.

  • De diversiteit van loofbossen op de zuidelijke helling van het Kanaal van Lim en dennenbossen op de noordelijke hellingen is uniek en ecologisch zeer interessant.
  • Vanaf deze locatie heb je in oostelijke richting uitzicht tot aan het eindpunt van het Kanaal van Lim, tegenover de noordelijke kant, waar de ruïnes van het oude St. Michaelsklooster liggen en in westelijke richting naar haar beginpunt bij de open zee. 
  • In de Romeinse periode, in de Middeleeuwen en vooral in de Venetiaanse periode waren er aan de oevers van het Kanaal van Lim tientallen steenhouwerijen in bedrijf, waar vooral de zgn. Istrische “biancone“ werd gewonnen (titon kalksteen uit de Late Jura), waarmee vele gebouwen, promenades, kerken en andere bouwwerken in Venetië en andere steden in Veneta, Romagne en Marche werden uitgevoerd. Je ziet zó voor je hoe de steenhouwers van toen hun stenen bewerkten.

12. Rovinjsko Selo (toponiem)

Rovinjsko Selo (145 m boven de zeespiegel) is een van de dorpen rond Rovinj (op slechts 7 km afstand). De omgeving werd al in de prehistorie en in de Romeinse tijd bewoond en is rijk aan archeologische vindplaatsen (vestingen, rusticale villa’s).
Rovinjsko Selo is met toestemming van de autoriteiten van Venetië en Rovinj, in 1526 gesticht door immigranten uit Dalmatië, uit de omgeving van Zadar, die op de vlucht waren voor de Turken. De oude dorpskern is behouden gebleven (op de plaats van het huidige Lakuverča) en laat een interessante rurale bouwstijl zien, met woonwerk-eenheden met binnenhofjes, gemetselde waterbassins en ‘baladuri’ (overdekte toegangsportalen). De parochiekerk (tevens kerkhofkapel) is gewijd aan St. Anthonius de monnik. (Sveti Antun opat). Dit is een eenscheepse kerk, met een rechte achtermuur en een sacristie.
Op de heuvels in de omgeving tiert de hoge mediterrane begroeiing welig. Hier zijn ook prehistorische vestingen te vinden en interessante archeologische bezienswaardigheden.  

  • Rovinjsko Selo kent een rijke folkloristische en carnavalstraditie, met oude gewoontes, verbonden met het leven op het platteland. Bijvoorbeeld de ‘balun’, een typisch Istrische dans, die in Rovinsjko Selo een interessante eigen variant heeft. Voor de naamdag van St. Anthonius de monnik (17 januari) wordt de  “Antonja” gehouden, een tentoonstelling van wijnen en olijfoliën.